Ongeveer 25% van elk gemeltseld oppervlak bestaat uit voegwerk. Daar het voegwerk het metselwerk beschermt,dient aan de voorbereiding van goed voegwerk de nodige zorg besteed te worden.Zowel de voorbereiding, de uitvoering als nazorg zijn bepalend voor de uiteindelijke kwaliteit.
Het materiaal,de samenstelling van de voegspecie en de soort voeg zijn van groot belang.
Voor het samenstellen van de voeg maakt ons bedrijf buik van een speciale voegspecie menger, mengen met de hand behoort tot het verleden.Het is ook belangrijk dat de voeg minstens 15mm. diep wordt gezet.
Limburgse Voegwerken BVBA heeft alle deskundigheid in huis om de meeste voorkomende voegen te kunnen maken.
Hardheid van het voegwerk
Voegen zijn er in vele varianten. De mening overheerst dat verdiepte voegen duurzamer zijn dan platvolle geborstelde voegen. Uit metingen is gebleken dat de platvolle voeg bij een juiste samenstelling van de specie en een goede uitvoering eveneens voldoende hard kunnen worden. Wat de hardheid van voegen betreft is niet alleen de samenstelling van de voegspecie, de voorbereiding van de ondergrond en het verdichten een factor welke hierop invloed heeft, zouten en zuren b.v. in de ondergrond kunnen het uitharden zeer nadelig beïnvloeden (dit komt in de renovatie van oudbouw zeer regelmatig voor). De hardheid van voegwerk kan in de praktijk na uitharding gemeten worden met een voeghardheidsmeter. Hiervoor is er een hardheidstabel ontwikkeld.
Verschillende soorten voegwerk
Platvol geborsteld: ruw, streken duidelijke zichtbaar Hardheidsklasse 25-35
Gekamd: licht ruw meer of minder zichtbaar Hardheidsklasse 25-35
En in het algmeen minderbreed dan 35-45
Bij borstelwerk 45-55
Hol: hol aangrijpend of iets verdiept Harheidsklasse 35-45
Scherp: driehoekig maar binnen of Harheidsklasse 35-45
Iets verdiept
Glad licht verdiept: maximaal 2 mm verdiept Hardheidsklasse 35-45
45-55
Glad verdiept: 2 tot 5 mm verdiept Hardheidsklasse 35-45
45-55